Hoe vind ik het werkwoordelijk gezegde?
Een werkwoordelijk gezegde vertelt wat er gebeurt, wat er gedaan wordt: de handeling, een werking. Een werkwoordelijk gezegde bestaat uit alle werkwoorden die bij elkaar horen. De persoonsvorm is dus ook een onderdeel van het gezegde.
voorbeeld:
Vanmorgen heb ik een glas laten vallen.
gezegde: heb laten vallen
Mijn moeder was niet boos.
gezegde: was
Morgen ga ik lopen naar school
gezegde: lopen
Bijzondere gevallen
Een werkwoordelijk gezegde kan uitgebreid worden met niet-werkwoorden, die vastzitten aan het zelfstandige werkwoord van het werkwoordelijk gezegde.
Een losgekomen deeltje van een werkwoord:
Hij | lost | het | op
gezegde: lost op